(Multidisciplinaire) richtlijnen
De uiteindelijke behandeling bij artrose van een gewricht is vaak een gewricht vervangende prothese. Een prothese heeft echter een beperkte houdbaarheid. Bij jongere patiënten (<70 jaar) is de kans op een nieuwe operatie na een knieprothese (5% binnen 10 jaar). Deze kans wordt groter naarmate een patiënt jonger is en meer beweegt. Bovendien houdt 17-20% van de patiënten na een knieporthese klachten. Daarom heeft het bij patiënten met milde artrose of patiënten jonger dan 70 jaar de voorkeur een operatie zo lang mogelijk uit te stellen.
Multidisciplinaire conservatieve behandeling
De meeste nationale en internationale richtlijnen voor de behandeling van artrose adviseren te starten met conservatieve (niet-operatieve) behandeling alvorens over te gaan tot een operatie. Met de juiste aanpak kan een operatie in veel gevallen voorkomen worden of meerdere jaren uitgesteld worden. In de praktijk worden deze niet-operatieve behandelingsmogelijkheden onvoldoende benut (Hofstede 2015; Smink 2013). Zo blijkt 81% van de patiënten met artrose van de knie of heup die bij de orthopedisch chirurg komt nog niet alle niet-operatieve behandelingen te hebben geprobeerd (Snijders 2011) en in slechts 10% van de gevallen krijgt een patient deze alsnog aangeboden.