Gewichtsmanagement bij artrose
Overgewicht geeft een verhoogd risico op artrose. Ook neemt artrose bij overgewicht sneller toe. Er is sprake van overgewicht bij een BMI van 25-30 en van obesitas bij een BMI > 30.
Overgewicht en obesitas leiden niet alleen tot artrose vanwege het extra gewicht dat je mee moet dragen. Doordat er een relatie is tussen overgewicht en artrose van de hand en pols weten we dat ook andere factoren een rol spelen. Vetweefsel scheidt namelijk stofjes uit (adipokine, Leptine) die ontstekingsbevorderend werken. Dit leidt tot laaggradige ontsteking in het lichaam en kan bijdragen aan de afbraak van kraakbeen en toename van artrose.
Conservatieve behandeling
Gewichtsreductie en lichaamsbeweging vormen wereldwijd de hoeksteen van conservatieve behandeling van artrose. Als er sprake is van overgewicht of obesitas, is het belangrijk om af te vallen en vervolgens op een gezond gewicht te blijven door middel van de combinatie van voedingsaanpassingen en toegenomen fysieke activiteit. De beste manier om af te vallen is door de combinatie van een verminderde calorie-inname en aerobe inspanning.
Wie moeten afvallen?
Gewichtsverlies is in alle fasen van artrose van toegevoegde waarde en wordt geadviseerd bij patiënten met klachten van artrose die een BMI van boven 25 hebben.
Effecten van afvallen
Afvallen leidt tot vermindering van vetweefsel en zorgt ervoor dat er minder leptine en andere ontstekingsbevorderende stoffen worden afgegeven door het vetweefsel (Hauner 2005). Dit leidt bij patiënten met artrose tot verbetering van pijn en functie. Daarnaast geeft gewichtsverlies een vermindering van de belasting op het gewricht en heeft het een positief effect de algemene gezondheid en het metabole risicoprofiel (bloeddruk, cholesterol, bloedsuikerspiegel)
Effecten van bewegen
Lichamelijke activiteit leidt tot minder uitscheiding van ontstekingsbevorderende stofjes door het vetweefsel. betering van het adipokineprofiel van vetweefsel (Stanford 2015). De combinatie van afvallen en meer lichaamsbeweging heeft het beste effect op pijn en functie en vermindert de toename van radiologische afwijkingen. Ook geeft de combinatie van dieet en beweging minder ontstekingen Oefenprogramma’s die kracht, flexibiliteit en cardiovasculaire training combineren hebben het grootste effect op pijn en functie (Uthman 2013). Fysieke inspanning is ook van belang om spiermassa te behouden
Hoeveel gewicht verliezen?
Uit onderzoek blijkt dat een gewichtsvermindering van 5% bij knieartrose al kan leiden tot belangrijke pijnvermindering (KNGF]. Het effect op pijn en fysiek functioneren is gunstiger naarmate een patiënt met artrose meer gewicht verliest en de meeste richtlijnen (oa NOV 2018) adviseren patiënte met klachten van artrose en overgewicht om minstens 10% van hun gewicht te verliezen door de combinatie van minder eten en meer bewegen.
Het is onzeker of gewichtsreductie leidt tot minder structurele schade aan het gewricht, maar overgewicht en obesitas lijken wel gerelateerd aan toename van afwijkingen bij röntgenonderzoek bij knieartrose en patiënten die het lukt om in een jaar 5 kg of 5% van hun lichaamsgewicht af te vallen hebben een aanzienlijk verminderde kans op ontstaan van klachten van knieartrose. Daarbij heeft gewichtsverlies ook andere voordelen, zoals een verminderde kant op suikerziekte en hart- en vaatziekte.
Hoe gewicht verliezen?
Voor afvallen gelden bij artrose de algemene richtlijnen voor gewichtsreductie. Daarbij wordt geadviseerd om de energie inname met ongeveer 500-600 kcal per dag te verminderen en richtlijnen te volgen voor een gezonde voeding (minder vet en suiker, meer groente en fruit, kleinere portiegrootte). Hiermee kan een gewichtsverlies van 0,5-1 kg per week bereikt worden. Als het niet goed lukt om zelfstandig af te vallen kan verwijzing naar een diëtist uitkomst bieden. Een aanpak waarbij ook aandacht is voor gedragsverandering en waarbij regelmatige contactmomenten zijn met een diëtist zorgen ervoor dat de adviezen beter worden opgevolgd. (Aaboe 2012, Messier 2013, Messier 2008). Ook kan sporten onder begeleiding of in een groep soms betere resultaten opleveren dan wanneer dit zelfstandig gedaan wordt.